Fietser stalt fiets voortaan in ‘onderwatermuseum’

datum

07.02.2023

ga naar project:

Objecten, gebouwen, straten. We vinden het vaak vanzelfsprekend dat ze er zijn. Voordat iets er is, is er echter een heel project aan vooraf gegaan. Een project van en voor mensen. In deze rubriek gaan we op zoek naar het verhaal achter het project. Welke overwegingen zijn er gemaakt? Wat maakt het werk los? In deze eerste aflevering: De Entree / Fietsenstalling Stationsplein Amsterdam.

Wie straks gebruik maakt van de nieuwe fietsenstalling aan de voorzijde van Amsterdam Centraal, loopt het gevaar de trein of metro te missen. Zoveel is er te zien en te leren. Daarbij voelt de ruimte comfortabel aan en waan je je in een onderwaterwereld, waarbij de lichtstralen die door het ‘wateroppervlak’ vallen een geruststellend gevoel geven. Dat was precies wat wUrck wilde bereiken, toen zij de uitdaging van het vormgeven van een fietsenstalling onder het water bij De Entree van het Stationsplein aannamen.

“Vroeger moesten fietsenstallingen louter functioneel zijn,” vertelt Oriol Casas Cancer, wUrck architect en partner. “Tegenwoordig wordt daar anders tegenaan gekeken. Een fietsenstalling moet aantrekkelijk zijn om te gebruiken en een comfortabel en veilig gevoel geven. De fietsenstalling op Amsterdam Centraal heeft als extra remming dat deze diep ondergronds zit. De reden daarvoor was dat er op die manier een open zicht op het station zou blijven en er extra openbare ruimte voor de stad kon worden gemaakt. De gebruiker stalt de fiets echter liever pal voor de deur. Tenzij de fietsenstalling een geoliede machine is…”

Niet voor niets loopt de route door de fietsenstalling diagonaal richting de metro verdeelhal. Met Amsterdam Centraal in zicht gaat de fietser met de rolbanden naar beneden. Na het automatisch inchecken loopt de gebruiker in een vloeiende kromme lijn door de fietsenstalling, om vervolgens uit te komen bij de metro verdeelhal en treintunnel. In de fietsenstalling bevindt de fietser zich de hele tijd onder het wateroppervlak. Daarboven hebben de rondvaartboten hun vaste aanlegplaatsen en varen af en aan.

De oester en de parel
Het thema van de fietsenstalling is dan ook water. Dat is altijd zo geweest, volgens wUrck architect Roeland Bornebroek. “De tender was vooral gericht op verantwoordelijkheden voor aannemer Max Bögl, waaronder het risico- en omgevingsmanagement. Als architecten waren wij echter wel medeverantwoordelijk voor de ruimtelijke kwaliteit. Het concept voor het ontwerp was een oester met een ruwe buitenkant en gladde binnenkant. Gaandeweg hebben we het waterthema verder uitgekristalliseerd.”

Gebruikers betreden de oester langs wanden van ruw basaltsteen en hoogwaardig natuursteen. De messing trapleuning voert terug naar de tijd dat de wereldzeeën werden bevaren met zeilschepen en verlichting vaak van koperen olielampjes kwam. Eenmaal binnen ontpopt zich een gladde, lichte wereld. Op weg naar de ‘colonnade’ (het centrale diagonale hoofdpad) passeert men de beheerdersruimte en het fietsenservicepunt. Deze kan worden gezien als de parel in de oester, met haar gebogen glas met waterpatroon, de ‘wave’.

De horizon en de oculi
Wie goed kijkt, ziet dat deze ‘wave’ bestaat uit allemaal kleine afbeeldingen. Schilderijen en foto’s die de verbinding tussen de stad Amsterdam en het water benadrukken. Deze afbeeldingen zijn ook de pixels in de stadsplattegronden die de volledige wand aan de rechterzijde van de stalling sieren. Van de start van de stad tot de 21ste eeuw; de fietser ziet de ontwikkeling aan zich voorbijtrekken op de glazen pui. Dat is niet alleen leuk en educatief, maar deze ‘horizon’ dient ook als oriëntatiemiddel in de ondergrondse ruimte.

Hetzelfde geldt voor de oculi; de ronde verlichtingsarmaturen in het plafond van de colonnade. Deze voeren de gebruiker naar de entreehal van de metro en trein, terwijl er genoten kan worden van oude foto’s en schilderijen waaronder een luchtfoto van Zeeburg, de aanleg van IJburg en Sail Amsterdam 2005 op het IJ. Oriol: “Hiermee hebben we een link gelegd tussen historie en kunst met water als hoofdthema. We hebben hiervoor samengewerkt met het Amsterdam Museum en grafisch ontwerpbureau Multitude. Het resultaat is verbluffend en met gepaste trots kunnen we zeggen; museaal en kunstzinnig.”

De kolommen waarop het dak rust en de afwerking van de betonnen wanden met hout (alsof je in een houten boot zit), maken het waterthema helemaal af. Maar hebben de fietsers straks nog wel het idee dat ze negen meter onder maaiveldniveau zitten, met een enorm waterbassin boven zich? Immers valt het daglicht bij de parel ‘gewoon’ naar binnen en aan het einde van de fietsenstalling, net voor het betreden van de metrohal, schijnen de daglichtstralen op de gebruikers via de raampartijen in gekromd beton.

Bouwen op een postzegel
Roeland denkt dat men zich dat wel gaat realiseren. “Wanneer je de eerste tapis roulant hebt gehad, moet je een U-turn maken voor de volgende rolband. Op dat knooppunt sta je op een tussenbordes op gelijke hoogte met het water. Je werpt een laatste blik over de middenkom met de rondvaartboten en op de achtergrond het station, voordat je ‘onder water duikt’. Denkend aan de moeilijkheidsgraad van de realisatie van de fietsenstalling, blijft dat magisch. De bouw begon met het zetten van damwanden en het wegpompen van het water. “Maar dat was nog niet de grootste uitdaging,” vertelt uitvoerder Wout Kooper van Max Bögl. “We bouwen hier op een postzegel. Tijdens drukke dagen passeren hier zo’n 60.000 mensen. De logistiek is daarom ook voornamelijk via het water afgehandeld. Vrachtwagens af en aan laten rijden was in dit gebied geen optie.”

Wout kijkt met veel plezier terug op de serieuze klus die de realisatie van de fietsenstalling (op dit moment de grootste van Amsterdam) is geweest. “Nu de stalling is gerealiseerd en het grachtenwater over de stalling stroomt, nemen veel mensen het voor lief. Men beseft vaak niet hoe onvoorstelbaar veel manuren er onder dit kleine wateroppervlak voor Amsterdam Centraal zitten. Dat is leuk om je te beseffen.”

Volgens Oriol ligt het succes van de fietsenstalling juist in handen van die gebruikers. “De routing van de stalling moet zo efficiënt mogelijk zijn, anders gaan zij de stalling niet gebruiken en dat is niet de bedoeling. Immers is hier ruimte voor zo’n 7.000 fietsen. Het gebied rond het Amsterdam Centraal is het meest belaste deel van de stad. Daarom hebben we geprobeerd om het ontwerp zo robuust mogelijk te maken. Zo is het lastig om graffiti te spuiten op basalt steen. De keuze voor deze steensoort was dus niet de goedkoopste, maar wel het meest duurzaam.”

Visitekaartje
Ook de keuze om het dak van de twee vluchthuisjes van natuursteen te maken, heeft hiermee te maken. Dat wUrck deze veranderingen tussentijds kon opperen, heeft te maken met het feit dat naast het vormgeven van de fietsenstalling, wUrck ook verantwoordelijk was voor de architectonische componenten van de volledige entree van Amsterdam Centraal aan de centrumzijde. Oriol: “De gemeente Amsterdam heeft het ontwerp voor het stationsgebied zelf ontwikkeld. Het idee was dat het nieuwe stationsgebied het gevoel van een eiland zou oproepen. Zo hebben de trambanen plaatsgemaakt voor het water waar nu de fietsenstalling onder zit. De herinrichting had ook gevolgen voor de verschillende bruggen, welke vernieuwd en of verbreed werden. Daarop mogen toezien en ervoor zorgen dat we dit project tot een goed einde brachten samen met alle aannemers, is een grote verantwoordelijkheid. Deze integrale aanpak is helemaal hoe we bij wUrck graag werken. Wij hebben dan ook al onze expertise aangeboord. Immers is De Entree hét visitekaartje van de stad Amsterdam!”

Foto’s: Aiste Rakauskaite Photography